Persoonlijke hulpmiddelen
Home » Familie & relaties » Kinderen » Hoe leer ik mijn kind met geld omgaan

Hoe leer ik mijn kind met geld omgaan

Document acties
  • Moeilijkheidsgraad: goed te doen
Hoe leer ik mijn kind met geld omgaan
Volgens het Nibud kunnen kinderen steeds minder goed met geld omgaan. Ze zouden maar weinig overzicht over hun eigen financiën hebben en gemakkelijk geld van elkaar lenen (zonder het altijd terug te betalen). In veel gevallen is de houding van kinderen ten opzichte van geld terug te leiden naar de financiële opvoeding die ze van hun ouders hebben gekregen. Of soms ook naar het gebrek daar aan. Wie wil dat zijn kinderen op een verstandige manier met geld omgaan, doet er goed aan hier tijdig aandacht aan te besteden.

Hoedoe door: Adine Faber-Versluis

Bekijk het profiel van Adine Faber-Versluis
Aantal Hoedoes: 469


Benodigdheden

  • Spaarpot
  • Consequente houding

Stappen

  1. Open een kinderspaarrekening

    Tijdens de eerste levensjaren van je kind zal het zelf nog niet veel te maken krijgen met geld. Het is echter wel slim om direct na de geboorte vast een kindersspaarrekening te openen. Veel banken geven je dan namelijk de eerste €25 (dat bedrag kan per jaar of per actie verschillen) cadeau. Dat is vast een mooi begin! Ook kun je deze rekening gebruiken om zelf vast te sparen voor je kind. Dat geld kan later bijvoorbeeld gebruikt worden voor een studie of de aankoop of inrichting van een eigen woning.

  2. Leer je kind te sparen

    Vanaf een jaar of 4, 5 krijgt een kind steeds vaker zelf wat geld in handen gedrukt: voor een verjaardag, feestdagen, een mooi rapport of misschien wel 'gewoon'. Spreek met je kind af dat minimaal de helft van dat bedrag in de spaarpot gaat. Je kunt dit leuker maken door bijvoorbeeld samen een mooie spaarpot te knutselen en hier een foto op te plakken van het uiteindelijke doel: een paard, een auto of misschien die prachtige doos met LEGO. Het maakt niet uit of het doel realistisch is, zolang het maar motiveert.

  3. Begin met zakgeld

    Afhankelijk van wat je zelf te besteden hebt, kun je vanaf 6 jaar beginnen met het geven van zakgeld. Geef het liefst een klein bedrag, zodat je hier elk jaar iets bovenop kunt doen. Als je direct met €10 per week begint, dan is het zakgeld rond de leeftijd van 15-16 niet meer op te brengen. Het Nibud geeft wat richtbedragen, maar je bent natuurlijk vrij om dit aan te passen naar je eigen omstandigheden.

    Spreek duidelijk af wat er met dit zakgeld gedaan mag en moet worden. Je kunt de regel van minimaal de helft in de spaarpot gewoon handhaven. Geef het zakgeld altijd op een vast tijdstip, zodat je kind precies weet welke periode hiermee overbrugd moet worden.

  4. Stel grenzen

    Zodra je kind een tiener wordt, groeit de behoefte aan geld ineens: de nieuwste telefoontjes, merkkleding en geweldig leuke spulletjes die vrienden hebben, willen zij het liefst ook. En dat kan niet altijd van het zakgeld. Stel hierin duidelijke grenzen en spring niet bij, maar laat je kinderen hun zakgeld een paar weken opsparen. Als ze die ene telefoon of die geweldige zonnebril dan nog willen, dan zullen ze er extra blij mee zijn.

  5. Stimuleer bijverdienen

    Vanaf 15 jaar mogen kinderen (licht) werk verrichten. Stimuleer het vinden van een bijbaantje, zodat het zakgeld op die manier aangevuld kan worden. Maak ook voor deze verdiensten eventueel een afspraak met betrekking tot de spaarpot. Let er echter wel op dat het werken loont.

  6. Benadruk de waarde van geld

    Zodra je kinderen werken, wordt het makkelijker om de waarde van geld te benadrukken. Aan de ene kant hebben ze meer te besteden, aan de andere kant zijn ze daar tijd mee kwijt.

    Als je samen aan het winkelen bent en je dochter wil per se die ene broek, omdat haar vriendinnetje hem ook heeft, reken dan samen eens om hoeveel uur er voor die broek gewerkt moet worden. Je dochter kan dan zelf beslissen of ze het dat waard vindt of niet. Als ze de broek dan nog steeds wil hebben, zal ze er waarschijnlijk veel zuiniger mee omgaan. Hij is immers écht verdiend!

  7. Leer budgetteren

    Vanaf 16 jaar kun je overwegen je kinderen ook kleedgeld te geven. Omdat het bedrag van kleedgeld vaak hoger ligt dan het zakgeld én er voor dat geld echt bepaalde kledingstukken gekocht moeten worden, is het handig om hier even voor te gaan zitten en een budget op te stellen.

    Maak een lijstje met de kleding die nodig is en geef de gemiddelde prijzen aan. Vergeet ook duurdere aankopen als schoenen of winterjassen niet. Met zo'n lijstje als richtlijn kan je kind beter zien wat er direct gekocht kan worden en waar voor gespaard moet worden. Weersta de neiging om mee te gaan shoppen of geld bij te storten als bijvoorbeeld de winterjas ontbreekt, maar er wel 20 nieuwe truitjes in de kast terecht zijn gekomen: soms moeten ze het op een harde manier leren. Kou vatten is niet nodig, want als het zelf betaald moet worden, is de oude winterjas of een exemplaar uit de kringloopwinkel soms ineens toch goed genoeg!

  8. Vraag kostgeld

    Is je kind inmiddels ouder dan 18 en werkt deze fulltime? Dan kun je best kostgeld vragen. Kostgeld is bedoeld als vergoeding voor eten, drinken, water, gas, licht, enzovoorts. Op die manier leert je kind nu al dat wonen niet gratis is.

    Kostgeld bereken je op basis van daadwerkelijke kosten, terwijl je ook rekening houdt met de inkomsten van je kind. Op internet zijn diverse voorbeeldberekeningen te vinden. Je kunt (een deel van) dat geld natuurlijk eventueel wel op een aparte rekening zetten, zodat er vast een startkapitaal is op het moment dat je kind wél het ouderlijk huis wil verlaten.

  9. Denk aan de toekomst

    'Wie nu leeft, wie nu zorgt': jongeren denken heel vaak dat sparen iets voor later is, als er fulltime gewerkt wordt. De werkelijkheid is echter dat sparen altijd heel handig is. Want wat als je straks 18 bent en iedereen om je heen begint met rijlessen. Waar haal jij dan het geld vandaan om ook te beginnen? En als je op kamers gaat, wil je dan ook niet dat je je kamer op een leuke manier kunt inrichten?

    Probeer regelmatig te benadrukken dat het slim is om te sparen voor later, en dat kleine beetjes uiteindelijk best een groot verschil kunnen maken. Het is makkelijker om jarenlang van elke portie zakgeld of elk gewerkt uur één euro achteruit te houden, dan binnen een paar weken 1000 euro of meer bij elkaar te sparen!

Do's

  • Probeer ook je eigen geldzaken goed op een rijtje te hebben: een goed voorbeeld is het halve werk
  • Stimuleer sparen
  • Doe mee met acties van banken, zoals de spaarweek (veel banken houden die jaarlijks in oktober)

Don'ts

  • Sta je kinderen niet toe geld te lenen

Bron

Hoedoeners in de spotlight
F. Nelissen
Lid sinds: 7 april 2008
Aantal Hoedoes: 23
Renate Boogvrouw
Lid sinds: 11 april 2008
Aantal Hoedoes: 15
Marieke van Oosterhout
Lid sinds: 31 maart 2008
Aantal Hoedoes: 24
Wil je ook schrijven voor Hoedoe?
Meld je aan!