Persoonlijke hulpmiddelen
Home » Wonen & inrichten » Bouwen & verbouwen » Vloeren » Hoe kan ik zelf laminaat leggen
5

Hoe kan ik zelf laminaat leggen

Document acties
  • Tijdshoeveelheid 1 dag
  • Moeilijkheidsgraad: uitdagend
Hoe kan ik zelf laminaat leggen
Met nieuw laminaat kun je op een voordelige manier je huis - of een kamer - een heel nieuwe uitstraling geven. Het leggen van laminaat is niet zo moeilijk als het lijkt. Met het juiste gereedschap en misschien wat extra hulp leg je binnen een dag een prachtige laminaatvloer.

Hoedoe door: Adine Faber-Versluis

Bekijk het profiel van Adine Faber-Versluis
Aantal Hoedoes: 469


Benodigdheden

  • Laminaat
  • Ondervloer
  • Aluminiumtape (alleen bij ondervloer op rol)
  • Stanleymes (alleen bij viltplaten ondervloer)
  • Laminaatsnijder
  • Decoupeerzaag
  • Profielmal
  • Zwaaihaak
  • Speedboor 15 en 22
  • Boor
  • Afstandhouders
  • Rozetten om leidingen af te werken
  • Plinten
  • Hamer
  • Doosje koploze spijkertjes

Stappen

  1. Regel voldoende laminaat

    Voor je begint is het prettig als je zeker weet dat je genoeg laminaat in huis hebt. Koop je nieuw laminaat, zorg er dan voor dat je de oppervlakte van de ruimte hebt, plus tenminste 10 procent. Dat is snijverlies. Gebruik je tweedehands laminaat, dan kun je beter een wat grotere marge aanhouden. Er is dan een kans dat de randen beschadigd zijn, waardoor je niet elke plank (helemaal) kunt gebruiken.

    Laat het laminaat tenminste 48 uur (plat) in de ruimte leggen waar het gelegd wordt. Dan kan het goed op temperatuur komen.

  2. Leg de ondervloer

    Begin met het leggen van de ondervloer. Heb je ondervloer op rol - meestal met een zilver- of goudgekleurde zijde? Leg die kant dan naar boven. Zorg ervoor dat het folie een beetje tegen de muren op komt te staan. De naden plak je af met aluminiumtape. Zorg ervoor dat de ondervloer helemaal dicht is, die houdt namelijk optrekkend vocht tegen.

    Als je viltplaten als ondergrond gebruikt, dan leg je die in halfsteens verband op de grond. Dit betekent dat ze steeds ongeveer de helft verspringen. Je hoeft de platen niet helemaal strak tegen elkaar te leggen, ze moeten namelijk nog een beetje uit kunnen zetten.

  3. Leg de eerste planken

    Begin in een hoek en werk van daaruit verder. Laminaat leg je nooit helemaal tegen de muur aan, er moet wat ruimte over blijven. Dan kan het een klein beetje werken en voorkom je dat een klein beetje vocht je vloer omhoog laat springen. Om laminaat strak te leggen, maar toch afstand van de muren te houden, gebruik je rondom afstandshouders. Plaats die tegen de muur en leg daarna de eerste plank. Houd uitstekende deel naar je toe, tenzij anders vermeld in de instructies.

    De volgende plank kun je nu zo op de eerste plank klikken. Houd deze in een hoek van ongeveer 45 graden en druk hem op de zijkant van de eerste plak. Zodra je *klik* hoort, zit hij vast. Ga zo door tot je bij het einde van de kamer bent.

  4. Snijd laminaat op maat

    De kans dat je precies uitkomt is niet zo heel groot; waarschijnlijk zul je een deel moeten zagen. Je kunt hiervoor een handzaag of een decoupeerzaag pakken, maar het is veel makkelijker om met een laminaatsnijder te werken.

    Draai de plank die je wilt zagen om, zodat het uitstekende deel naar de muur wijst. Druk hem zo tegen de zijkant en teken af waar de plank afgesneden moet worden. Plaats de plank in de laminaatsnijder en 'knip' de plank in één vloeiende beweging door. Draai de plank weer terug en klik hem vast.

  5. Plaats de tweede baan

    Als de eerste baan erin zit, begint het echte klikwerk. Plaats eerst het deel dat je van de laatst geplaatste plank overhield. Zo breng je verband aan in de vloer en oogt het niet zo saai. Let op: dit deel mag niet korter zijn dan 30 cm. Als het wel korter is, knip dan een nieuwe plank doormidden en begin met de helft daarvan.

    Houd de te plaatsen plank in een hoek van 45 graden tegen de veer (het uitstekende deel) van de plank in de eerste baan. Beweeg de plank naar beneden om deze goed vast te zetten. Let weer op de klik. Leg de tweede plank op dezelfde manier, maar let er ook op dat je de kopse kanten van beide planken goed tegen elkaar drukt. Eventueel kun je dit zachtjes aantikken met een hamer. Houd dan wel een stukje laminaat tussen de hamer en het te leggen laminaat, om te voorkomen dat je het beschadigt.

  6. Plaats de overige banen

    Als de eerste twee banen er goed in zitten, dan kun je de rest op dezelfde manier plaatsen. Houd rekening met het verband in de vloer en zorg ervoor dat de kier tussen de muur en het laminaat niet té groot wilt; het is wel de bedoeling dat de plint die kieren uiteindelijk kan bedekken.

  7. Zaag lastige vormen uit

    De kans dat je alleen maar recht laminaat hoeft te leggen, is niet zo groot. In bijna elke ruimte kom je wel wat lastige vormen tegen. Die zijn met het juiste gereedschap echter prima uit te zagen.

    Voor deurposten kun je bijvoorbeeld een profielmal gebruiken. Zo'n mal bestaat uit allerlei pinnetjes die te bewegen zijn. Door de mal tegen de deurpost aan te drukken, nemen de pinnetjes de vorm van de post aan. Vervolgens kun je de mal gebruiken om de vorm af te tekenen op het laminaat. Gebruik de decoupeerzaag om deze vorm uit te zagen.

    Voor leidingen die door de vloer heenlopen gebruik je een speedboor. Voor waterleidingen heb je vaak aan boortje 15 genoeg, voor verwarmingsbuizen heb je meestal 22 nodig. Boor een gat en zaag de plank vervolgens doormidden. Je kunt de plank dan eenvoudig om de leiding heen leggen. Eventueel kun je het gat nog afwerken met een speciale rozet.

  8. Plaats de laatste baan

    De laatste baan plaatsen vereist ook wat extra aandacht. Waarschijnlijk past hier niet een hele laminaatplank tussen en moet je deze in de breedte doorzagen. Pak hiervoor de plank die je wilt plaatsen en leg die precies op de laatste baan. Neen een ander stukje laminaat en twee afstandshouders en druk de plank - met afstandshouders ertussen - tegen de muur. Trek een lijn langs de tweede plank en snijd de onderste plank op die lijn af.

  9. Plaats je plinten

    Als je laminaat aan het leggen bent, plaats dan ook direct de plinten. Zodra een ruimte in gebruik is, komt dat er meestal niet meer van en wordt het een terugkerende doorn in het oog.

    Plinten plaatsen is heel eenvoudig; meestal zijn ze voorzien van een plakstrip, waarmee ze op de vloer te plakken zijn. Gebruik de laminaatsnijder of een speciale plintentang om de plinten op maat te knippen en zet ze niet alleen met de plakstrip vast, maar ook met een paar koploze spijkertjes of wat lijm. Dan weet je zeker dat ze niet meer verplaatsen. In de hoeken laat je plinten mooi op elkaar aansluiten door ze in een hoek van 45 graden af te knippen. Ze passen dan precies aan elkaar en zorgen voor een perfecte afwerking van je nieuwe vloer.

Do's

  • Lees de instructies op de verpakking. Voor bepaalde typen laminaat kunnen aparte instructies gelden
  • Vraag hulp, ook als het om een kleine vloer gaat. Vele handen maken licht werk

Don'ts

  • Leg geen laminaat in een ruimte die nog vochtig is, bijvoorbeeld omdat deze net gestuct is. Laat de ruimte dan eerst goed drogen, tot de luchtvochtigheid niet hoger is dan 3%

Bron

Meer uitleg

Hoedoeners in de spotlight
Petra Megens
Lid sinds: 9 juni 2008
Aantal Hoedoes: 17
Irene de Vette
Lid sinds: 19 juni 2008
Aantal Hoedoes: 78
Irene Herbers
Lid sinds: 7 mei 2008
Aantal Hoedoes: 54
Wil je ook schrijven voor Hoedoe?
Meld je aan!